Waarom kwam de zondvloed | allesoverdezondvloed.jouwweb.nl

3.Toen zeide de HEERE: Mijn Geest zal niet in eeuwigheid twisten met den mens, dewijl hij ook vlees is; doch zijn dagen zullen zijn honderd en twintig jaren.

4.In die dagen waren er reuzen op de aarde, en ook daarna, als Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name.

5.,En de HEERE zag, dat de boosheid des mensen menigvuldig was op de aarde, en al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage alleenlijk boos was.

6.Toen berouwde het de HEERE, dat Hij den mens op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem aan Zijn hart.

7.En de HEERE zeide: Ik zal den mens, die Ik geschapen heb, verdelgen van den aardbodem, van den mens tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels toe; want het berouwt Mij, dat Ik hen gemaakt heb.

8.Maar Noach vond genade in de ogen des HEEREN.

2.Godsdienst methodeboek.

In de eeuwen na de zondeval word het aantal inwoners van de aarde steeds groter. Mannen en vrouwen uit het geslacht van Kain en Seth trouwen met elkaar. De mensen werken, trouwen en krijgen kinderen. Haast niemand van de mensen denkt meer aan de Heere. De zonden die ze doen, worden ook steeds erger. De Heere zal een einde de mensheid van de eerste wereld gaan maken door een grote vloed. Dat betekent het woord zondvloed. Het woord heeft dus op zich niets met de zonde te maken. Maar de oorzaak van deze vloed was wel de zonde van de mensheid van de eerste wereld. Vanuit de hemel ziet de Heere hoe verdrietig het met de aarde gesteld is. De Bijbel zegt: Toen berouwde het de Heere (Gen. 6:6). Dat is een menselijke manier van spreken over God. Hij heeft veel geduld met de mensen gehad, maar nu raakt zijn geduld op. De Heere stelt de tijd van 120 jaar. Dan zal er een grote vloed komen over de hele aarde en alle mensen en dieren zullen verdrinken.

3.Bijbelse encyclopedie/woordenboek

in de Bijbelse encyclopedie staat bij het woord zondvloed het volgende: Wegens het toenemen van zonde besluit God de mensheid weer te verdelgen met uitzondering van het gezin van Noach.

4.De belijdenisgeschriften

De heidelbergse Catechismus

8.vr.Maar zijn wij alzo verdorven, dat wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad?

ant.Ja wij ; tenzij dan dat wij door den Geest Gods wedergeboren worden.

10.vr.Wil God zulke ongehoorzaamheid en afval ongestraft laten?

ant.Neen Hij, geen zins; maar Hij vertoornt zich schrikkelijk beide over de aangeboren en werkelijke zonden, en wil die door een rechtvaardigoordeel tijdelijk en eeuwiglijk ; gelijk Hij gesproken heeft: Vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der wet,om dat te doen.Wil God zulke ongehoorzaamheid en afval ongestraft laten?

11.vr.Is dan God ook niet barmhartig?

ant.God is wel barmhartig , maar Hij is ook rechtvaardig : daarom zo eist zijn gerechtigheid, dat de zonde, welke tegen de allerhoogste majesteit Gods gedaan is, ook met de hoogste, dat is, met de eeuwige straf aan lichaam en ziel gestraft word.

De Dordtse Leerregels

Het eerste hoofdstuk der leer van de Goddelijke verkiezing en verwerping

1.Aangezien alle mensen in Adam gezondigd hebben, en des vloeks en eeuwigen doods zijn schuldig geworden, zo zou God niemand ongelijk hebben gedaan, indien Hij het ganse menselijke geslacht in de zonde en vervloeking had willen laten en om de zonde verdoemen, volgens deze uitspraken van den apostel: De gehele wereld is voor God verdoemelijk. Zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods. En: De bezoldiging der zonde is de dood.

2.De oorzaak of onschuld van dat ongeloof, gelijk ook van alle andere zonden, is geenszins in God, maar in den mens. Maar het geloof in Jezus Christus en de zaligheid door Hem, is een genadige gave Gods; gelijk geschreven is: Uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof, en dat niet uit u, het is Gods gave , Ef. 2:8,. Insgelijks: Het is u gegeven in Christus te geloven , Filip. 1:29,.

5.https://staatgeschreven.nl/2010/10/01/waarom-kwam-de-zondvloed-over-de-aarde/

afname op 3 februari

Waarom kwam de zondvloed over de aarde (Gen. 6)

Een van de moeilijkste passages van het Oude Testament is wel de geschiedenis van het huwelijk van de zonen Gods met de vrouwen der mensen. We lezen daarover in Gen. 6:1-4. “Toen de mensen zich op de aarde begonnen te vermenigvuldigen en hun dochters geboren werden, zagen de zonen Gods, dat de dochters der mensen schoon waren, en zij namen zich daaruit vrouwen, wie zij maar verkozen. En de HERE zeide: Mijn Geest zal niet altoos in de mens blijven, nu zij zich misgaan hebben; hij is vlees; zijn dagen zullen honderd twintig jaar zijn. De reuzen waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun kinderen baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam.”

Wie zijn de zonen Gods en wie zijn de vrouwen der mensen en waarom vindt God het verkeerd dat ze met elkaar trouwen? Wanneer je de verschillende verklaringen, die in de loop van de afgelopen tweeduizend jaar van dit gedeelte zijn gegeven, met elkaar vergelijkt, valt op, dat ze vaak diametraal tegenover elkaar staan. Nu gebiedt de eerlijkheid te zeggen, dat voor welke uitleg men ook kiest, er altijd argumenten tegenin te brengen zijn. Daarom wil ik de vraag naar de identiteit van de zonen Gods en van de vrouwen der mensen vanuit een andere vraagstelling benaderen. Wat was precies de zonde die zij begingen, een zonde die zo groot was, dat daardoor de zondvloed op de aarde kwam?

Context

Gen. 6:1-4 staat in de context van de zondvloed. Na de zondeval vermenigvuldigen de mensen zich. In Genesis 5 vinden we het geslachtsregister van Adam tot en met de zonen van Noach. Opvallend zijn de hoge leeftijden van de nakomelingen van Adam. Methusalah, de grootvader van Noach werd maar liefst negenhonderd negen en zestig jaar. Het feit dat van de vader van Methusalah, Henoch wordt vermeld dat hij op de leeftijd van driehonderd en vijf en zestig jaar door God werd opgenomen, toont aan dat dat in die tijd niet oud werd gevonden! Dat Adams nageslacht zich vermenigvuldigde, wordt als een normaal feit vermeldt. Maar wanneer de zonen van God met de dochters van de mensen huwen, dan is God daar sterk op tegen: “En de HERE zeide: Mijn Geest zal niet altoos in de mens blijven, nu zij zich misgaan hebben; hij is vlees; zijn dagen zullen honderd twintig jaar zijn.” (Gen. 6:3) God wil hiermee mijns inziens niet zeggen, dat de mens in plaats van zo’n negenhonderd jaar slechts honderd en twintig jaar zal worden. Het geeft slechts de tijd aan, waarin de mens nog respijt heeft en hij zich kan bekeren. Pas over honderdtwintig jaar komt het oordeel van God in de vorm van een wereldomvattende zondvloed. De zonde was blijkbaar zo erg dat er een zondvloed als straf op volgde.

Nu zijn niet alle bijbeluitleggers het er over eens dat het huwelijk van de zonen van God met de dochters der mensen de aanleiding vormde voor de zondvloed. Toch lijkt me dit zeer aannemelijk.

We vinden in Genesis vier oordelen beschreven. Deze zijn behalve de zondvloed, de val van Adam en Eva (Gen. 3), de torenbouw van Babel (Gen. 11:1-9) en de vernietiging van Sodom en Gomorra (Gen. 19). Opvallend is dat deze vier verhalen op dezelfde wijze zijn opgebouwd. Eerst wordt de zonde beschreven, daarna wordt van God gezegd, dat Hij persoonlijk polshoogte komt nemen. En daarna volgt de aankondiging van het oordeel.

In de beschrijving van de zondeval, vraagt God, nadat Adam en zijn vrouw van de vrucht hebben gegeten, aan Adam: “Waar ben je?” (Gen. 9:3) En daarna volgt de aankondiging van de straf. Dezelfde opbouw vinden we bij de torenbouw van Babel en ook in onze passage. In Gen. 6:1-4 wordt verhaald van het huwelijk van de zonen van God met de dochters der mensen. En daarna lezen we in Gen. 6:5: “Toen de HERE zag, dat de boosheid der mensen groot was op de aarde en al wat de overleggingen van zijn hart voortbrachten te allen tijde slechts boos was, berouwde het de HERE dat Hij de mens op aarde gemaakt had…” En daarop volgt de aankondiging van de zondvloed. De huwelijken tussen de zonen Gods met de dochters der mensen vormen dus de aanleiding tot de zondvloed.

Een tweede opvallend aspect in dit verhaal is dat er in die tijd reuzen op aarde waren. “De reuzen waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun kinderen baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam.” (Gen. 4:4) Hoewel uit de Nederlandse vertaling er geen duidelijk verband wordt gelegd tussen het huwelijk van de zonen Gods en de vrouwen der mensen en het voorkomen van reuzen, legt de Hebreeuwse tekst dit verband wel duidelijk. Uit deze verbintenis kwamen reuzen voort.

Gemengde huwelijken

Wat was er mis met de huwelijken tussen de zonen Gods en de dochters der mensen? Wat was hun zonde precies? En kunnen we van daaruit iets zeggen over hun identiteit?

De meest gebruikelijke uitleg is dat het hier om gemengde huwelijken gaat. De zonen Gods zijn dan het nageslacht van de gelovige Seth die door te huwen met de dochters van Kaïn tot zonde en afval van God worden gebracht. Deze opvatting vinden we bijvoorbeeld bij de kanttekeningen van de Statenvertaling: de zonen Gods zijn “de nakomelingen der gelovige voorvaders, die de ware religie beleden, en met hun huisgezinnen (als zijnde Gods kerk) van het ongelovig en vleselijke geslacht der Kainieten waren afgescheiden.” De dochters der mensen zijn dan de nakomelingen van Kaïn, die “afgoderij plegen en naar het vlees leven”. Omdat deze vrouwen zeer knap van uiterlijk waren, gingen de vromen met hen een huwelijk aan en werden zo tot zonde verleidt.

Deze opvatting heeft oude papieren. We vinden haar al bij Augustinus, en ook Calvijn en Luther hingen haar aan. Er valt veel voor deze opvatting te zeggen. Zo zijn er parallellen te leggen met Gen. 3. Hier verleidde de slang eerst de vrouw Eva tot zonde, evenzo worden in Gen. 6 vrouwen gebruikt om hun gelovige echtgenoten van God af te trekken.

Maar er zijn ook argumenten tegen deze opvatting.

Is het voorkomen van gemengde huwelijken de reden dat de zondvloed op de aarde is gekomen? Dan zouden we tegenwoordig wel heel wat meer reden hebben om een nieuwe zondvloed te verwachten! Waarom zou het probleem van de gemengde huwelijken voor de zondvloed groter zijn geweest dan na de zondvloed?

Bovendien wat is de relatie tussen deze gemengde huwelijken en vers 4.: “De reuzen waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun kinderen baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam.”

Waarom zouden er reuzen (kunnen) voortkomen uit deze huwelijken? Nu vormt het Hebreeuws hier een probleem. Het woord dat in de NBG-vertaling met reuzen wordt vertaald is letterlijk in het Hebreeuws “nefieliem”, hetgeen je zou kunnen weergeven met “gevallenen”. Omdat zowel de Griekse vertaling, de Septuaginta, als de Latijnse vertaling “nefieliem” weergeven met “gigantes”, dat zijn giganten of reuzen, vertalen de meeste vertalingen het ook op deze wijze.

Hoewel we niet meer met zekerheid kunnen nagaan, of het Hebreeuwse woord dit ook oorspronkelijk bedoelde, heeft deze vertaling wel oude papieren. Maar is het logisch om aan te nemen dat er reuzen voortkwamen uit gemengde huwelijken?

Polygamie

Een tweede opvatting is dat de zonde hier te maken heeft met polygamie, dat is het hebben van meerdere vrouwen. Dit meent men te kunnen opmaken uit vers 2 “en zij namen zich daaruit vrouwen, wie zij maar verkozen.” Dat wil zeggen, de zonen Gods namen zich meerdere vrouwen, omdat deze vrouwen zo knap van uiterlijk waren. De zonen van God zou je dan kunnen opvatten als heersers of als koningen die zichzelf als goden beschouwen en om die reden meenden recht te hebben op meerdere vrouwen.

Ook deze opvatting is al heel oud. We vinden haar met name bij de joodse bijbeluitlegggers, zoals Rashi en Nachmanides, rabbijnen uit de middeleeuwen. Een voordeel van deze verklaring, is dat het een oplossing biedt voor vers 4. Met de geweldigen uit de voortijd en de mannen van naam worden dan de afstammelingen van deze koningen bedoeld, die ook weer vermaarde koningen waren. Het woord “reuzen” hoef je dan ook niet letterlijk te nemen, omdat het niet op de letterlijke grootte slaat, maar op hun belangrijkheid.

Een zwaarwegend argument tegen deze opvatting is echter, dat je dan zou moeten aannemen dat het voorkomen van polygamie de aanleiding was voor de zondvloed. Maar na de zondvloed kwam dit evengoed voor. Zelfs aartsvaders als Abraham en Jakob hadden meerdere vrouwen. Hoewel polygamie door de Bijbel (al dan niet stilzwijgend) wordt afgekeurd, zijn er heel wat andere zonden, waaraan een zwaarder gewicht wordt gehecht.

Onsoortgelijke huwelijken

De derde opvatting is, dat het hier gaat om huwelijken tussen engelen en mensen. De zonen Gods zijn dan de engelen die zich in lichamelijke vorm aan de vrouwen der mensen vertonen en met hen een huwelijk aangaan. Ook deze verklaring is al heel oud, zij ligt waarschijnlijk ten grondslag aan de Griekse Septuaginta vertaling.

Het zou hier dus gaan om onsoortgelijke verbintenissen. Het voordeel van deze verklaring is dat zij in veel opzichten recht doet aan deze passage. Je kunt je voorstellen dat dit in Gods ogen zo’n grote zonde is, dat daarop de zondvloed komt. Ook kan het een verklaring vormen dat uit dergelijke verbintenissen reuzen worden geboren, die anders zijn dan de “gewone” mensen. Een ander argument dat hiervoor pleit is dat deze zonde in wezen hetzelfde is als de zonde die leidde tot de val van Adam en Eva, en tot de torenbouw van Babel.

Eva en Adam werden door de slang verleidt om van de vrucht te eten, omdat zij gelijk aan God wilden zijn. Evenzo was het motief van de mensen om een toren te bouwen om zo de hemel te bereiken, dat wil zeggen gelijk aan God te worden. Vandaar dat God over hen zegt: “Dit is het begin van hun streven; nu zal niets van wat zij denken te doen voor hen uitvoerbaar worden.”Mogelijk ligt een soortgelijk motief ten grondslag aan de huwelijken van de zonen van God met de vrouwen der mensen. Op deze wijze wilden de mensen gelijk worden aan God en hun (toch al niet geringe) levensduur verlengen. Opmerkelijk is namelijk dat na de zondvloed de mensen beduidend minder oud worden.

Maar tegen deze opvatting is ook een groot bezwaar in te brengen. Zijn engelen in staat om gemeenschap te hebben met gewone stervelingen?

Hoogmoed

In de loop van de afgelopen tweeduizend jaar is Gen. 6:1-4 al op veel verschillende wijzen uitgelegd. Voor iedere uitleg zijn argumenten voor en tegen te bedenken. Wanneer je echter nagaat wat de zonde kan zijn geweest, waarop de zondvloed volgde, lijkt de derde opvatting het meest waarschijnlijk. Daarom neig ik persoonlijk naar de uitleg dat met de zonen Gods engelen worden bedoeld, die hun oorsprong ontrouw zijn geworden en huwelijken zijn aangegaan met aardse vrouwen. (zie ook Judas 6, 2 Petrus 2, m.n. vers 4-6). Daarmee zijn niet alle problemen opgelost. Wellicht hoef je niet te denken aan een letterlijke engelen, maar zou het kunnen gaan om mensen die bezeten zijn door (demonische) engelen.

Hoe het ook zij, Gen. 6:1-4 laat zien dat hoogmoed, het verlangen van de mens om aan God gelijk te zijn, als een zware zonde wordt gezien, waarop de zondvloed over de wereld kwam. Deze geschiedenis heeft daarom vandaag de dag nog niets van haar actualiteit verloren.

Voorlopige conclusie.

De zondvloed kwam doordat de mensen erg gingen zondigen. Ik denk niet dat God de zondvloed liet komen omdat de mensen alleen maar met goddeloze mensen trouwden. Ze zullen ook nog wel andere dingen gedaan hebben. Er staat ook in Gen. 6:5 Dat de boosheid van de mensen menigvuldig was op de aarde. ( 5.,En de HEERE zag, dat de boosheid des mensen menigvuldig was op de aarde, en al het gedichtsel der gedachten zijns harten te allen dage alleenlijk boos was). Ze zullen dan ook nog wel andere zonden gedaan hebben. Dit is ook gelijk een tegenargument voor bron 5 over de onsoortgelijke huwelijken. Daarin staat dat ze trouwden met engelen, en dat het logischer was omdat God anders niet zo boos over kon zijn. Alleen ik denk dat de mensen ook andere grote zonden deden. Polygamie(het hebben van meerdere vrouwen) zou ook wel kunnen. Alleen ik denk dat het gewoon zo was dat godsdienstige mensen met goddelozen trouwden. We kunnen hier wel iets belangrijks uit leren. God zal de zonde niet ongestraft laten. Hij zal een keer komen met zijn oordelen. En in deze tijd zijn de zonden ook heel erg. God zal ze ook een keer straffen. Met tijdelijke of met eeuwige straffen. Maar God zal ook barmhartig zijn. Bij de zondvloed was Hij ook barmhartig. Hij spaarde Noach en zijn gezin. En volgens mij is de wereld bijna erger dan de wereld bij Noach. De mensen toen luisterden ook niet naar Noach. En tegenwoordig is er ook niet zo veel respect meer voor christenen.

Conclusie

Mijn conclusie is helemaal hetzelfde gebleven:

Mijn eigen mening hierover is dat de Heere bij de schepping scheiding gemaakt heeft tussen het water op de aarde en het water boven de aarde. Toen de zondvloed kwam het water uit de grond vandaan en regende het water van boven de aarde naar beneden op de aarde. De aarde zag er toen ook vlakker uit, dus bij de zondvloed hoefde het water niet de Mount Everest te bedekken zo hoog als hij nu is maar dat het water ongeveer 2.000 meter hoog steeg. Het water bleef waar- schijnlijk voor een groot gedeelte achter als ijs op de polen. Ook zijn de oceanen nu dieper dan ze voor de zondvloed waarschijnlijk waren. Toen het water weer gezakt was maakte de Heere een verbond met Noach dat de aarde nooit meer door water zou vergaan. Dat is dus het verband tussen de zondvloed en het verbond met Noach.

Waarom kwam de zondvloed.

Maak jouw eigen website met JouwWeb